Blog

Rouwen in tijden van moderne technologie

Rouwen is voor iedereen anders: de een vindt het fijn om dagelijks naar een graf te gaan, een ander heeft een sieraad met de urn en weer een ander heeft een foto op een gedenkplekje in huis staan. Wat voor veel mensen geldt, is dat ze graag in verbinding blijven met hun overleden dierbare. Ze praten tegen een grafsteen, schrijven een brief of luisteren voicemails terug om de stem van hun dierbare te blijven herinneren. Met de moderne technologie zijn er ineens legio opties bij gekomen. Wat zijn die opties en hoe heeft digitalisering (en met name de opkomst van AI) invloed op het rouwproces?

Digitaal rouwen

De hele wereld digitaliseert en automatiseert, dus het is niet gek dat bepaalde technieken ook in rouw(begeleiding) worden ingezet. Zo kun je tegenwoordig digitaal condoleren en zijn er livestreams van uitvaarten. Bright Elephant heeft een chatbot waar je op ieder moment van de dag al je vragen over rouw kunt stellen of in gesprek kunt gaan als je daar behoefte aan hebt.


Op een heel simpel niveau maak ik ook gebruik van digitale mogelijkheden in mijn begeleiding: in de verliesclub kun je vanuit je luie stoel gelijkgestemden ontmoeten en zonder de deur uit te moeten kun je een online traject volgen (zoals de mailvijfdaagse, een schrijfworkshop of het rouwpad traject) of je start Zoom op voor een 1 op 1-sessie met mij. Ik geloof dat digitalisering op die manier je wereld groter kan maken, zonder dat jij daar veel voor hoeft te doen.
Dit gaat dus vooral over het stukje ‘verbinden met anderen’ en hulp zoeken. Maar je kunt ook gebruik maken van moderne technologie om zelf aan de slag te gaan met je rouw, bijvoorbeeld om je dierbare te blijven herinneren.

Digitale gedenkplek

Ze zeggen weleens: ‘wat eenmaal op het internet staat’, verdwijnt niet. Dat is een naar idee als er bijvoorbeeld ongewenst naaktfoto’s van jou ergens staan, maar als het gaat om fijne foto’s of video’s van je overleden dierbare, kan het juist helpend zijn. Daarom worden Facebookpagina’s na een overlijden soms omgezet naar herdenkingsplekken of worden er speciale in memoriam-sites opgericht. Zo blijft iemand zichtbaar en zo een beetje ‘levend’ gehouden.
Ook kun je VR gebruiken: virtual reality. Zo kun je (net als met bijvoorbeeld foto’s of video’s) makkelijker in gedachten terug naar een plek waar jullie samen waren of waar gedeelde herinneringen liggen, wat behulpzaam kan zijn in jouw rouwproces. Je haalt herinneringen op en voelt je misschien wat meer verbonden met je dierbare.

Een stapje verder: in gesprek met je dierbare

Met de opkomst van kunstmatige intelligentie lijken de mogelijkheden eindeloos. Zo kun je door middel van een rouwbot gesprekken voeren met een overleden dierbare. Zo’n chatbot wordt getraind met oude berichten van je overleden dierbare en informatie over deze persoon, waardoor het lijkt alsof je écht met deze persoon praat.
Of wat dacht je van deepfake om een geliefde opnieuw tot leven te laten komen? Als je het kan laten lijken alsof levende mensen (zoals Donald Trump of Kim Kardashian) je toespreken terwijl dat niet echt zo is, waarom zou dat dan niet kunnen met mensen die dood zijn? Het antwoord op die vraag lijkt simpel (ja, dat kan!), maar ligt genuanceerder: moeten we het namelijk écht willen?

Is de inzet van technologie bij rouw helpend of juist niet?

Het antwoord op deze vraag is helaas niet eenvoudig te geven. Enerzijds zou ik zeggen: ja. Zoals ik al aangaf gebruik ik zelf technologie om mensen met elkaar te verbinden of om op een laagdrempelige manier aan de slag te gaan met hun rouw. Dat digitalisering het makkelijk maakt om iemand te blijven herinneren of herinneringen levend te houden vind ik ook een goede ontwikkeling. Want ook offline geldt: een foto zien of een stem terug horen kunnen daadwerkelijk helpen en troostend zijn.

Ik ben ervan overtuigd dat het idee dat je chat met je dierbare of dat je die nog één keer kunt zien (al is het door deepfake) ook heel troostend kan zijn, zeker als je geen afscheid hebt kunnen nemen. Maar of het op de lange termijn helpend is, daar zet ik vraagtekens bij. Want houd je het dan bij ‘die ene keer’ of maak je wekelijks (of zelfs dagelijks) een video van je dierbare? Chat je iedere dag met een robot die doet alsof ie jouw dierbare overledene is? Dan kan het je rouwproces juist in de weg staan. Onderdeel van gezond rouwen is afscheid nemen en los laten en dat doe je eigenlijk niet. Ook is een risico dat je te veel waarde hecht aan iets wat niet echt is en daardoor bijvoorbeeld advies vraagt aan een robot die jou niet echt kent, waardoor je luistert naar een tip die jouw dierbare eigenlijk nooit gegeven zou hebben. Het kan ook zijn dat je je levende omgeving vergeet, omdat je zo vasthoudt aan het contact met de overledene. De grens tussen realiteit en fantasie wordt zo heel dun en je stelt de echte rouw daarmee misschien uit.

Zijn rouwbots of deepfake video’s moreel te verantwoorden?

Naast dat we dus de vraag kunnen stellen of de moderne technologie een bedreiging kan zijn voor een gezonde manier van rouwen, is het ook de vraag of het ethisch is om deepfake video’s te maken van iemand die er niet meer is. We snappen allemaal dat deze vraag gesteld wordt bij levende mensen, maar de vraag is net zo rechtmatig voor mensen die er niet meer zijn – ook als het voor een goed doel ingezet wordt.

Als jij dus nieuwe manieren zoekt om ruimte te maken voor je rouw, voel dan goed bij jezelf wat jou zou kunnen helpen en wat niet. Bedenk wat de risico’s zijn en wat jouw valkuilen kunnen zijn. En vooral: betrek er anderen bij. Zij kunnen meedenken, voorkomen dat je het punt voorbij gaat dat het niet meer helpend is en adviseren hoe je het op een helpende manier kunt inzetten. Dat kan met een rouwbegeleider of therapeut, maar dat kan ook met je dierbaren. Want hoe fantastisch digitalisering is, persoonlijk contact zal nooit in waarde verliezen.

De mooiste natuurgebieden in Nederland

Ik begin deze blog meteen met een disclaimer: ik heb nog lang niet alle natuurgebieden gezien. Dus of ik ze allemaal noem hier, durf ik niet te beloven. Ik deel wel véél mooie natuurgebieden en ik nodig je uit de jouwe in de reacties onder deze blog te delen. Zo maken we samen een mooi lijstje!

In deze blog wil ik een paar dingen doen: je vertellen over het nut van tijd doorbrengen in de natuur, je inspireren om ook meer tijd in de natuur door te brengen en een aantal van mijn favoriete natuurgebieden met je delen. Dus laten we bij de eerste beginnen.

De helende werking van de natuur

Wist je dat alleen al het kijken naar een plaatje van de natuur je kan helpen om een beetje tot rust te komen? Kun je nagaan wat in de natuur zíjn met je doet! Het is ook logisch dat de natuur een rustgevende werking heeft. Ga maar na: als jij heel de dag omgeven bent door prikkels (inkomende mail, Whatsapp, social media, druk verkeer, reclameborden, collega’s die je continu nodig hebben, een huilende baby, een borende buurman, een piepende wasmachine en ga zo maar door) dan is een plek waar de prikkels geminimaliseerd zijn tot het ritselen van bladeren, aanspoelende golven of snaterende eenden een verademing. Sterker nog: je kunt ook totale stilte ervaren. En dat is niet alleen lekker, maar soms ook confronterend. Want door de stilte is er ineens ruimte voor gedachten die je normaal liever weg stopt en voor gevoelens die je gewoonlijk onderdrukt. En dat is wat de natuur kan doen: je dingen laten inzien. (Als je daar meer over wil leren, raad ik je dit boek aan.)

Naast dat de natuur rustgevend werkt, zorgt het ook voor meer energie, een positiever gevoel, een verlaagde bloeddruk, je krijgt meer zuurstof binnen en het werkt ontstekingsremmend, zo wordt gezegd. Zo kan de natuur ondersteunend werken in je helingsproces, als je bijvoorbeeld een burn-out hebt, lijdt aan depressie of in rouw bent.

Waarom je in de natuur zou moeten wandelen

Het liefst wandel ik als ik in de natuur ben. Wandelen zorgt ervoor dat je daadwerkelijk kunt vertragen en al je zintuigen aan het werk kunt zetten – de bloemen ruiken of de vogels horen kwetteren is toch wat lastiger als je langs raast in een auto of op een mountainbike door de natuur heen dendert (maar dat is natuurlijk ook een optie.) Wandelen versterkt hierdoor de werking van de natuur op je mentale gezondheid. (Ik schreef eerder een blog over de kracht van wandelen in de natuur.)

Vaak als ik ergens naartoe loop, dan doe ik dat in een verhoogd tempo: je gaat mee in het bestaande verkeer of je hebt gewoon haast om ergens te komen. Maar wat als je nu loopt zonder doel – of nog beter: met als doel te vertragen? Een gebied met hobbels, wortels en kuilen dwingt je rustiger te lopen en vooral bewust te lopen: kijk waar je je voeten neerzet. (Is wandelen voor jou fysiek niet mogelijk? Kijk dan onderaan deze blog voor andere tips om toch van de natuur te genieten.)

Mijn favoriete natuurgebieden

Het zal je vast opvallen dat veel van onderstaande gebieden in Noord-Brabant zijn (en daarvan het grootste deel in West-Brabant). Daar woon ik, dus dat ken ik het beste. Dus nogmaals: deel jouw tips hieronder!

  • In de Loonse en Drunense duinen: vind je bos, heide en heel veel zand. Het is namelijk een van de grootste stuifzandgebieden van West-Europa.
  • De Strijbeekse heide: vooral in september gaan, als de heide bloeit! Maar eigenlijk altijd mooi. Ik heb vaak het gevoel dat ik echt in een ander land ben.
  • Het Mastbos: deze mag niet ontbreken. ‘Mijn’ bos. Ontzettend groot en daardoor heel gevarieerd. Er is water, er zijn dieren, er is een vlonderpad. En vlakbij vind je ook de Galderse Meren, wat ook echt een prachtig gebied is. Hier wandel ik ook met je als je kiest voor offline 1 op 1-begeleiding!
  • Het Markdal in Breda is de andere plek waar ik met je ga wandelen als ik je begeleid (en je niet alleen online wilt afspreken). Slingerend langs de rivier de Mark loop je van Breda naar Ulvenhout en als je wil zelfs nog naar het Belgische Meerseldreef. Of je steekt halverwege over en duikt het Mastbos in. (Water en bos zijn echt mijn favorieten, zeker samen! En tijdens mijn wandeling kom ik ook altijd koeien tegen, zo gezellig!)
  • Op Terschelling (of eigenlijk: ieder eiland) heb je echt even het gevoel dat je op vakantie bent. Lekker uitwaaien.
  • Burgh-Haamstede is de plek waar ik wel een (schrijvers)huisje zou willen: je hebt er mooie bossen, maar ook een heerlijk strand. Er zijn verschillende fijne wegen naar het strand toe die het al de moeite waard maken. Ook in Nieuw-Haamstede! Zeeland zit sowieso vol prachtige plekken. Ga ook eens naar Domburg (wel veel toeristen in het hoogseizoen) of Scharendijke!
  • De Vrachelse heide: ik ben gewoon gek op stuifzand. 😉
  • De Leemputten in Dorst: typische Brabantse pracht.
  • In Noordwijk is het strand met de boulevard best druk, maar de duinen daarentegen kunnen heerlijk rustig zijn. Als je geluk hebt, kom je hertjes tegen!
  • De Veluwe kan natuurlijk niet ontbreken. Het nationale park is enorm groot, dus er blijven dingen te ontdekken. Ik hoop ook altijd wat dieren te zien! (En voor de niet-wandelaars: hier moet je natuurlijk een wit fietsje huren!)
  • Sowieso is er in Gelderland veel mooie natuur. Het Middelpunt van Nederland (misschien zag je dat in 2022 in Hunted VIPS?) kent mooie wandelroutes. Wij deden de route Belmont, die uitkwam bij het hotel waar we verbleven.
  • In Limburg vind ik Nationaal Park Hoge Kempen in Maasmechelen mooi, met name de duinengordel. Het is een onwijs groot natuurgebied met voor ieder wat wils.
  • De Zeegser Duinen in Drenthe (ja, ik ben gek op duinen) zijn ook betoverend mooi. Loop je iets verder, dan kun je ook nog magische hunebedden bewonderen. Ik was er in de herfst en dat maakte het echt schilderachtig!
  • Het Amstelpark in Amsterdam Zuid mag niet ontbreken: dit was praktisch bij mij om de hoek toen ik nog in de Randstad woonde. Tip van mij: begin bij het Martin Lutherking park, loop langs de Amstel naar het Amstelpark (je komt onderweg langs begraafplaats Zorgvlied en dat is een prachtige oase van rust) en loop vanuit het park weer langs de Amstel naar Oudekerk aan de IJssel. Het is een flinke wandeling, maar ontzettend mooi en veelzijdig. Wel wat stadser natuurlijk dan een bos, duinen of een strand. 🙂

Met deze tips kan het eigenlijk niet mis gaan

Dan nog een paar tips van een doorgewinterde natuurfan:

  • Ga NIET op zondagochtend. (Ik herhaal: ga NIET op zondagochtend.) Dat klinkt altijd als het ideale moment om lekker naar het bos te gaan, maar dat denkt dus half Nederland. Mijn favoriete momenten voor het bos of een ander natuurgebied zijn rond etenstijd, zeker in de seizoenen dat de zon dan begint te zakken (wel weg zijn voor het donker is!). Dan zit namelijk half Nederland aan de aardappelen. Als je een flexibele agenda hebt is doordeweeks in de ochtend of aan het einde van je werkdag ook heerlijk om je dag goed te beginnen of af te sluiten! Aan het strand ben ik het liefst buiten het hoogseizoen. Lekker uitwaaien!
  • Zoals influencer Mignon Nusteling altijd zegt: er bestaat geen slecht weer, er bestaat wel slechte kleding. Ik genoot minder van mijn wandelingen toen ik me druk aan het maken was over mijn witte sneakers. Koop een goede regenponcho, fijne wandelschoenen (nee, die hoeven niet saai en seksloos te zijn – deze staan op mijn wishlist en die zou ik ook gewoon op straat aan doen, zoals ik al doe met mijn andere wandelschoenen van dit merk), een goede paraplu of gewoon een heel regenpak. Warme comfortabele kleding is ook handig. Mijn favoriete outfit: oude sneakers, een lekker zittende broek, een jack met zakken (geen tas mee!) en een grote sjaal die ik ook weer af kan doen als ik het te warm heb.
  • Begin klein. Als ik al te lang geen actie meer heb ondernomen, voelt het bos (wat voor mij 10 minuten fietsen is) ineens als een grote moeite om naartoe te gaan. Dan loop ik naar een straat waar veel grote bomen staan en waar de rivier de Mark doorheen stroomt en ga ik op een muurtje langs de rivier zitten. Dat brengt me al zoveel. Vanaf daar is het maar tien minuten verder lopen naar het bos, dus die stap is dan sneller gemaakt.
  • Rust kan komen door steeds naar dezelfde plek te gaan, zodat je niet hoeft na te denken of te zoeken. Maar soms heb je het juist nodig (positieve prikkels!) om een nieuwe omgeving te ontdekken. Zelf gaf ik dit boek van Cynthia Schultz vorig jaar cadeau aan mijn vriend, om nog meer mooie natuurgebieden buiten onze eigen omgeving te ontdekken. Helaas is het er minder vaak van gekomen afgelopen jaar om daadwerkelijk op pad te gaan (een grote verbouwing, allebei een eigen bedrijf en vooral ‘het leven’), maar dit boek krijgt vanaf nu een plekje in het zicht, zodat we daadwerkelijk op pad gaan.
  • Geen wandelfan? (Of zwemfan, fietsfan of welke ‘beweging dan ook’-fan?) Als het enigszins lekker weer is, zijn er genoeg andere leuke dingen te doen in de natuur. Verzamel blaadjes, eikels of schelpen voor een seizoenstafel of altaar. Neem een boek mee en ga lekker op een bankje aan het water zitten lezen. Leg je yogamat eens in een weiland. Vul een rugzak met lekkere hapjes en neem een kleedje mee voor een gezellige picknick. Zorg voor een hotspot en werk een middagje op de hei. Mogelijkheden te over!

Ik hoop dat ik je heb geïnspireerd om meer de natuur in te gaan. Het kan je zoveel opleveren!

Soms zijn de productlinkjes die ik deel affiliate linkjes. Dat betekent dat ik een stukje van de winst krijg als jij via die link iets koopt. Dat kost jou niets. Ik deel nooit producten die ik niet zelf heb of nooit zou kopen.

Het belang van rituelen in rouw

Bij het woord ‘ritueel’ denk je wellicht aan iets religieus of iets spiritueels, maar stiekem zijn rituelen heel alledaags; je dag zit er vol mee. Als jij bijvoorbeeld iedere dag start met een toiletbezoek, een warme douche, koffie en tanden poetsen, dan heb je een ritueel te pakken: je hebt een vast stramien voor de dingen die je doet. Dat is handig, want zo kun je op de automatische piloot opstarten zonder al te veel na te hoeven denken. Je geeft je ochtend vorm op een manier die jou helpt een goed begin van de dag te creëren. Rituelen kunnen dus heel simpel zijn, maar heel effectief. Dat geldt ook voor rouwrituelen.


Wat is een ritueel eigenlijk?

Zoals je in de inleiding al zag is een ritueel vaak een handeling of een reeks handelingen. Dergelijke handelingen op of rondom belangrijke momenten hebben vaak een symbolische betekenis: ringen uitwisselen op een bruiloft, beschuit met muisjes eten bij een geboorte, eieren zoeken met Pasen.

Rituelen spelen dan ook vaak een grote rol als het gaat om belangrijke life events of veranderingen. Dat is niet zo gek; rituelen gaan vaak over een overgang van het oude naar het nieuwe: van apart wonen naar samen wonen, kinderen krijgen, maar ook dood gaan. Iemand verliezen is natuurlijk ook een levensveranderende gebeurtenis. Om om te gaan met alle gevoelens en gedachten die bij rouw komen kijken kan het helpen om rituelen te gebruiken: zo kun je je rouw vorm geven en tegelijkertijd je dierbare eren en herdenken.

Actief rouwen

Rouwen gaat vanzelf en toch ook weer niet – vaak word je overweldigd door emoties en gedachten, maar weet je niet wat je ermee aan moet. Rituelen bieden houvast en rust in een roerige tijd als deze. Het gaat namelijk over bezinning: stilstaan. En het gaat over actief ruimte maken voor wat er speelt. Echt horen wat je onderbewuste je wil vertellen, echt voelen wat er van binnen speelt. Maar hoe doe je dat dan? Een paar richtlijnen en tips:

  • Prikkel een (of meerdere) zintuig. Ga dus aan de slag met je gehoor, je zicht, je reukvermogen, je smaak of je tastzin.
  • Ga aan de slag met herinneringen. Kijk bijvoorbeeld foto’s van overleden dierbaren terug (zicht) of luister muziek die je doet denken aan je dierbare (gehoor).
  • Kies voor een simpele handeling. Doordat je bewust stilstaat, krijgt de handeling meer betekenis; je kunt een kaars branden omdat je dat gezellig vindt, maar je kunt ook een kaars branden om iemand te gedenken. Dan is het aansteken van de kaars een veel bewuster moment met een heel andere intentie.
  • Structuur helpt. Kies een vast moment en/of een vaste plek.

Misschien ontdek je doordat je meer ruimte geeft aan je rouw dat er dingen zijn die nog niet afgerond zijn. Zo kan het zijn dat je geen afscheid hebt kunnen nemen van je dierbare of niet op de manier die helpend zou zijn voor jou. Dan kun je een specifiek ritueel vormgeven om iets te doen met die behoefte. Zoals je ziet kunt je onderscheid maken tussen verschillende soorten rituelen en momenten.

Alledaagse rituelen en rituelen voor speciale dagen

Een kaars aansteken is een mooie voorbeeld van een alledaags ritueel: je hebt er niet veel voor nodig, maar het is wel heel symbolisch. Een sieraad dragen is er ook zo een. Bepaalde (moeilijke) dagen, zoals verjaardagen, een sterfdag of feestdagen vragen misschien om speciale rituelen. Je kunt dan iets voor jezelf doen: een brief schrijven naar de overledene, bloemen brengen naar een graf of een speciale plek of de lievelingstaart van je dierbare eten. Maar het kan ook fijn zijn om op dat soort momenten iets samen te doen. Daar lenen rituelen zich perfect voor: plant samen een gedenkboom, doe het lievelingsspel van je dierbare of eet samen de signature dish van de overledene. Bepaalde religies en culturen bieden bestaande rituelen aan die je kunt gebruiken: bloemen brengen naar een graf met Allerheiligen bijvoorbeeld.

Rituelen verbinden

Zoals hiervoor beschreven, zorgen rituelen ervoor dat je samen vorm kunt geven aan je rouw. Zo voelt het als iets wat je samen draagt: je bent niet alleen. Op die manier zorgen rituelen voor verbinding, zonder woorden te gebruiken – het is dus een heel krachtige manier van communiceren.

Rituelen helpen dus stil te staan, ruimte te maken voor je rouw en te verbinden met jezelf, met je overleden dierbare of met andere nabestaanden. Ze kunnen troost bieden en vooral ook grip geven. Misschien is het tijd om stil te staan bij jouw behoeften in je rouw en een ritueel te kiezen of vormen dat daar bij helpt.

In het rouwpad traject doorléven en dóórleven was ritueelbegeleider Coby te gast. In de opname van haar livesessie leer je meer over rituelen en krijg je inspiratie voor het vormgeven van je eigen ritueel.

Levend verlies

Bij rouw en verlies, denken we vaak aan de dood, maar er bestaat ook levend verlies: verliezen die niet het gevolg zijn van de dood, maar veranderingen die een blijvende impact hebben op je leven. In deze blog leg ik je uit wat levend verlies is en geef ik je tips om hier mee om te gaan.

Rouwen is niet voorbehouden aan een overlijden

Laten we eerst een taboe de wereld uit helpen: ookal is iemand (nog) niet dood, jij kan en mág rouwen om het verlies dat je ervaart. En ik doe er nog een schepje bovenop: je mag ook rouwen om verlies dat niets met de dood te maken heeft! (Echt? Ja echt! Lees maar.)

Wat heeft levend verlies hier mee te maken? Nou, eigenlijk heel veel! Want levend verlies is een breed begrip, maar gaat altijd over rouw. Je kunt hierbij denken aan chronische of langdurige ziektes, zoals MS of kanker. Hierbij wordt kwaliteit van leven ingeleverd. Maar ook Alzheimer of andere vormen van dementie zijn voorbeelden van levend verlies: je ervaart het verlies van een dierbare, terwijl diegene er nog wel is. (Ik werd eerder geïnterviewd voor Flow magazine over de vraag: kun je rouwen om iemand die er nog is? Spoiler alert: ja dus.) Of wat te denken over rouwen om ongewenste veranderingen in je leven, zoals een onvervulde kinderwens of een verbroken relatie? Daar mag je allemaal om rouwen en zou je onder de noemer ‘levend verlies’ kunnen scharen. Ik schreef al eens: rouw is rouw.

Rouw kan je blokkeren

Het is goed stil te staan bij je verlies en ruimte te geven aan wat het met je doet. Tegelijkertijd: zit je in een fase van anticiperende rouw (rouw om het verlies wat nog gaat komen), dan kan het je ook in de weg zitten. Als je blijft hangen in bijvoorbeeld boosheid, frustratie en gevoelens van onmacht (of zelfs ontkenning!), dan ontzeg je jezelf (en de ander!) de periode van afscheid nemen. En dat is juist heel belangrijk voor een gezond rouwproces. (Iets met ronde cirkels.)

Hoe hiermee om te gaan?

  1. Erken wat je voelt. Niets zo belangrijk als validatie van dat wat jij ervaart – zeker bij iets dat door anderen vaak niet erkend wordt. Daarom zeg ik het gewoon nog een keer: rouw is rouw. Het is logisch dat jij allerlei heftige emoties voelt rondom het verlies dat je nu ervaart of waarvan je weet dat je het gaat ervaren. Dat is heel normaal.
  2. Accepteer het verlies. Dat klinkt voor veel mensen onlogisch én als een ondoenlijke taak. Maar het is juist heel helpend: het haalt je uit de bevriezing en brengt je in de actiemodus. Accepteren betekent niet dat je het oké vindt. Het betekent dat je inziet en erkent dat een verandering aanstaande (of al bestaand) is en dat je je er niet (meer) tegen verzet, maar ermee omgaat. Je gaat uit de cirkel van betrokkenheid en stapt in de cirkel van invloed. Door de nieuwe werkelijkheid te accepteren, kun je aan de slag met vragen als: ‘Wat wil ik nog?’ en ‘Hoe kunnen we deze tijd zo fijn mogelijk besteden?’
  3. Zorg goed voor jezelf. Misschien komt er veel zorg op je af, misschien voel je haast, misschien moet je veel regelen. Dan lijkt het alsof er geen tijd en ruimte meer voor jou is. Je denkt misschien: “Dat komt later.” Maar later is te laat – het is juist nú belangrijk goed voor jezelf te zorgen. (Dit helpt mij.)
  4. Blijf ook andere dingen doen. Dit is een vervolg op nummer 3: blijf ook vrienden zien, blijf sporten, blijf leuke dingen doen. Je hebt een tegenhanger nodig voor alles wat je meemaakt. Het geeft wat lucht. (En dat is dus absolute selfcare.)
  5. Zoek hulp. Of aanvaard aangeboden hulp. Een luisterend oor, therapie, praktische hulp (iemand die je huis stofzuigt, een pannetje soep voor de deur). Je hoeft het niet alleen te doen.

Kijk-, lees- en luistertips

Soms zijn de productlinkjes die ik deel affiliate linkjes. Dat betekent dat ik een stukje van de winst krijg als jij via die link iets koopt. Dat kost jou niets. Ik deel nooit producten die ik niet zelf heb of zou kopen.

10 jaar na de MH17-ramp: over nationale rouw

“Bereid je er maar op voor dat het hier niet bij blijft”, zei mijn vader. Ik was emotioneel, want hij had als conrector van een middelbare school net gehoord dat in het neergestorte vliegtuig twee leerlingen van zijn school zaten. Hij verliet de tafel vol nootjes, chips en stokbrood om actie te ondernemen: er moest een plek op school worden ingericht om leerlingen, ouders en collega’s te kunnen laten samen komen na dit verschrikkelijke nieuws. Een plek voor gezamenlijke rouw.


Geen ver-van-mijn-bed-show

Ik had mijn weekendtas ingepakt, de trein genomen naar Breda en de bus naar mijn geboortedorp, want mijn jongere broer was jarig. Onderweg las ik over de ramp met de MH17. Het maakte allerlei emoties bij me los (angst, ongeloof, boosheid, verdriet, onmacht), maar ook voelde het als een ver-van-mijn-bed-show. Mijn vader had gelijk: dat was het niet.

Nationale rouw

Het land was in nationale rouw, zoals dat formeel heet. Of je wel of niet een van de slachtoffers kende, dat deed er niet toe. We voelden met elkaar mee: het was een groot verlies voor het hele land, een nationale ramp. Iedereen kent wel iemand die iemand kende die in het vliegtuig zat. Of, volgens dit artikel in de Telegraaf: iedereen is maximaal drie handdrukken verwijderd van een slachtoffer. Ik kon het me op dat moment nog niet voorstellen, maar ik kende er drie. Drie! De eerste hoorde ik dezelfde dag, de volgende ochtend kwamen berichtjes binnen over de andere twee.


Complexe rouw

We zijn inmiddels tien jaar verder, maar het voelt nog recent: het heeft zó’n impact gemaakt op iedereen. De heftigheid van de ramp, de onzekerheid en onduidelijkheid (tot op de dag van vandaag) en de grootsheid van het verlies (in verhouding tot het aantal inwoners van ons land was het aantal slachtoffers enorm) dragen daar aan bij. Meer dan 1 op de 8 nabestaanden ervaren dan ook complexe rouw (ook wel gecompliceerde rouw genoemd): je loopt vast, komt niet vooruit, doordat de pijn en het verdriet ondraaglijk blijven. Denk aan PTSS, depressie of slapeloosheid. Hierdoor kun je niet goed functioneren. (Dit in tegenstelling tot een ‘gezond’ rouwproces, waarbij je de rouw verweeft in je leven en zo een manier vindt om door te gaan met leven.) Een voorbeeld hiervan is traumatische rouw.

Blijf herdenken

Vandaag zullen veel mensen terug denken aan toen – nabestaande of niet. Het is dus geen gek idee om even stil te staan. Stuur nabestaanden een kaartje, brand een kaarsje, doe een ritueel, kijk naar de herdenkingsceremonie (zie hieronder), vier het leven. Sta stil op een manier die bij jou past. Het is belangrijk om te blijven herdenken – het verzacht en verbindt.


PS Nog een paar kijk- en leestips:

5 dingen die je kan zeggen tegen iemand die een miskraam heeft gehad

Van alle zwangerschappen eindigt 10 tot 15% in een miskraam. Dat is best veel, als je het mij vraagt. Er zijn dus ook best veel mensen die hier mee te maken krijgen. Grote kans dat jij iemand kent (of bent) die een miskraam heeft gehad, of misschien zelfs meerdere. Maar wat zeg je dan?

Het hoeft niet perfect

Ikzelf ken behoorlijk wat mensen die helaas een onvoltooide zwangerschap ervaren hebben. Het kan moeilijk zijn om de juiste woorden te vinden – ik pretendeer absoluut niet dat ik altijd het juiste gezegd heb of het juiste zeg. Want weet je: voor iedereen is het anders. Fysiek kan het anders zijn, mentaal kan het anders zijn. Er zijn zoveel factoren (context, verloop van de miskraam, maar ook persoonlijkheid) die bepalen hoe iemand een tegenslag als deze ervaart en welke behoeften iemand heeft. Dus ‘het perfecte’ zeggen, is bijna onmogelijk. Toch denk ik dat de volgende vijf dingen dicht in de buurt komen en in bijna alle situaties gelden.

5 reacties die niet fout kunnen zijn

Wat je ook zegt, het is belangrijk dat je laat merken dat je iemand ziet: toon empathie. En dat doe je bijvoorbeeld zo:

Ik vind het vreselijk voor je.

Want dat vind je, toch? Of verdrietig, of verschrikkelijk, of droevig. Zeg wat je voelt. Je hoeft niet met dure termen te smijten of ingewikkelde woorden te gebruiken. Zelf krijg ik ‘gecondoleerd’ altijd moeilijk uit mijn strot – het voelt onpersoonlijk en afstandelijk. Ik zeg liever wat ik bedoel.

Ik wil er graag voor je zijn.

Let op: zeg dit alleen als je het echt meent én kunt zijn. Want zeggen ‘Ik ben er voor je’ en vervolgens niet thuis geven is pijnlijker dan niets beloven. Extra handig is om nog iets toe te voegen, bijvoorbeeld een vraag: “Ik wil er graag voor je zijn, maar weet niet zo goed hoe. Waar kan ik je bij helpen?” Dan maak je het direct concreet en het maakt het voor de ander gemakkelijk om daadwerkelijk om hulp te vragen. Je kunt ook je belofte specificeren: “Ik wil er graag voor je zijn. Ik kan bijvoorbeeld een vrolijke film bij je komen kijken en een doos bonbons meenemen.” Of juist zeggen wat de ander niet van je kan verwachten: “Overdag kan ik niet zomaar vrij nemen, maar ik kom graag in de avond een rondje met je wandelen.” Andere dingen die je kunt aanbieden (of juist niet) zijn: boodschappen doen, voor iemand koken, een luisterend oor bieden, meegaan naar een doktersafspraak of een leuk uitje verzinnen ter afleiding. De ander kan dan aangeven of die daar behoefte aan heeft.

Neem alle tijd die je nodig hebt.

Omdat het zoveel mensen overkomt, wordt er vaak gedaan alsof een miskraam niets voorstelt. Terwijl: voor veel mensen is het een heftig verlies. Door dingen te zeggen als ‘neem je tijd’ of ‘je mag rouwen’, erken je dat verlies. Soms hebben mensen die bevestiging nodig.
Probeer het dus niet beter te maken – die neiging hebben we vaak (ook ik, ik heb dit in het verleden ook echt vaker gedaan vanuit goede bedoelingen en ik zag later pas dat het totaal niet behulpzaam was). Iemand heeft éérst behoefte aan erkenning. Geef ruimte aan de emoties die er zijn. De volgende stap is vertrouwen en vooruit kijken. Eerst doorléven, dan dóórleven.

Ik weet niet wat je doormaakt.

Dit is een zin om te combineren met een van de bovenste drie. Hoewel je je er wellicht wel een voorstelling bij kunt maken, weet je niet wat de ander meemaakt – óók niet als je het zelf hebt meegemaakt. Je vult het snel voor een ander in. Probeer dat niet te doen, maar geef een ander de ruimte om te vertellen hoe het voelt. Want waar iemand zich niet serieus genomen kan voelen in de rouw die ervaren wordt, kan het ook andersom zijn: als jij zegt “Ik kan me voorstellen dat het heel zwaar voor je is”, terwijl de ander er eigenlijk heel licht en positief in staat, is dat ook niet prettig.

Ik weet niet wat ik moet zeggen.

Deze voelt altijd heel lullig, maar vind ik zelf misschien wel de beste reactie. Want wat je eigenlijk zegt is: “Ik weet niet wat je doormaakt, maar ik vind het vreselijk voor je en ik wil er graag voor je zijn. Er zijn geen woorden voor.” Weet je: de ander weet zelf waarschijnlijk ook niet wat hij/zij/die zou zeggen óf zou willen horen. Hier zit alles in.

En soms hoef je niet eens iets te zeggen

Eigenlijk komt het hier op neer: laat iemand in z’n waarde. Ben er voor diegene. Laat weten dat je aan iemand denkt. En dat kan ook zonder iets te zeggen: geen woorden maar daden. Stuur een kaartje, een bloemetje, zet een pannetje soep voor de deur. Je kunt zóveel zeggen zonder iets te zeggen.

Waarom je in rouw genoeg water moet drinken

“Stay hydrated” roept iedereen als de temperaturen stijgen. Maar ook op een koude dag is het belangrijk goed te blijven drinken, zéker als je in rouw bent of met andere mentale uitdagingen te maken hebt. Waarom? Ik leg het je uit in deze blog.

Hoe helpt water je in rouw?

In rouw kun je last hebben van onder meer hoofdpijn, duizeligheid, concentratieproblemen, moeheid en stress. Dit zijn óók dingen die kunnen komen door uitdroging. Het is dus belangrijk om in rouw ervoor te zorgen dat je klachten niet verergeren of dat je er extra fysieke of mentale klachten bij krijgt.

Water drinken helpt je…

…stress te verminderen.

Water heeft van nature kalmerende eigenschappen, waardoor je minder stress ervaart en misschien zelfs ontspanning kan ervaren. Hoe dat zit? Als je uitgedroogd bent, raken de aminozuren in de hersenen uitgedund. En dat kan tot gevolg hebben dat je bijvoorbeeld sneller geïrriteerd bent, angst ervaart of stress voelt. Verlies je 3% aan vocht, dan functioneert je brein meteen al minder goed!

Verlies je 3% aan vocht, dan functioneert je brein minder goed


Bovendien zorgt uitdroging ervoor dat je cortisolspiegel stijgt, waardoor je ook weer meer stress ervaart (cortisol is het stresshormoon). Je bloeddruk stijgt en je hartslaag gaat omhoog. Chronische stress zorgt er weer voor dat je bijnieren uitgeput raken, waardoor ze niet goed kunnen functioneren, waardoor de vochtbalans in je lichaam niet goed gereguleerd wordt. Iets met vicieuze cirkels. 😉 Je houdt je lichaam én je hersenen dus gezond door water te drinken!

…het risico op depressieve gevoelens te verkleinen.

We gaan weer terug naar de hersenen: bij uitdroging kunnen je hersenen ook minder goed serotonine produceren, het stofje dat zorgt voor een geluksgevoel. Een laag serotonineniveau kan neerslachtigheid tot gevolg hebben.

…je fitter te voelen.

Zoals je hierboven al leest, helpt water drinken om je mentaal beter te voelen. Dat helpt ook om beter te slapen en dat helpt je om je minder moe te voelen. Drink alleen niet te veel net voor je gaat slapen, want dan word je steeds wakker, omdat je moet plassen. 😉

Ook belangrijk: drink je te weinig, dan moet je hart heel hard werken om zuurstof en voedingsstoffen rond te pompen in het lichaam. Als dat niet goed werkt, word je moe of duizelig. Goed water drinken tijdens en na het sporten dus!

Je brein bestaat voor 80% uit water

…je weerstand te verhogen.

Is je lijf goed gehydrateerd, dan heb je een hogere weerstand en heb je minder kans om ziek te worden. Water zorgt namelijk voor de afvoering van afvalstoffen. Help je lichaam dus deze snel af te voeren door goed te drinken.
In mijn e-book over het verhogen van je weerstand lees je meer tips.

Moet het water zijn?

Nee joh. Maar water is wel de meest gezonde keuze en het hydrateert als een malle. En zoals je hierboven leest, heeft water meer nuttige eigenschappen. Maar ook thee, fruitsapjes en andere drankjes kunnen helpen om je vochtbalans te herstellen. Als het heel warm is, is thee vaak een beter alternatief dan (koud) water. Ook kun je bijvoorbeeld een watermeloen of een komkommer eten (of ander fruit of groente waar veel vocht in zit).

Pas wel op met drankjes met veel suiker of zoet-, smaak- en kleurstoffen, want die kunnen juist weer zorgen voor hoofdpijn of andere klachten. Energiedrankjes en andere frisdrank met een grote hoeveelheid suiker bemoeilijken de vochtopname in je darmen, waardoor je ook weer sneller uitdroogt.


Drink liever geen alcoholische drank om je dorst te lessen, want alcohol droogt je juist uit en kan je klachten verergeren. (In mijn e-book over stress leg ik uit waarom je alcohol sowieso liever laat staan in stressvolle tijden.)

5 tips om meer water te drinken

Vind je het moeilijk om genoeg water te drinken? Hieronder staan vijf tips om het makkelijker te maken.

  1. Begin je dag al meteen met een halve liter water: na de nacht heeft je lichaam extra behoefte aan hydratie, omdat je in je slaap veel vocht verliest, zeker als je veel zweet. Door daar iedere dag mee te beginnen, bouw je een routine op en hoef je er niet meer over na te denken. Een goed begin is het halve werk!
  2. Zet ieder uur een timer, zet een reminder in je agenda, teken een druppel op je hand of verander je telefoon achtergrond, zodat je constant eraan herinnerd wordt dat je iets moet drinken. Ik maakte een background voor je, die kun je onderaan deze pagina gratis downloaden.
  3. Zet de avond van tevoren een grote afgesloten fles in de koelkast, dan staat het alvast klaar en heb je koud water (als je dat lekker vindt)! Doe er een takje munt en een paar schijfjes citroen of sinaasappel in (schil altijd goed afspoelen), of wat dacht je van de combinatie komkommer en limoen? Zet ‘m vervolgens op je bureau als je vanuit huis werkt of op tafel als je thuis komt.
  4. Neem altijd een fles water mee als je weg gaat. Onderweg of op je werk kun je zo ook extra drinken. Deze fles zorgt voor een goede reminder én er zit een filter in om wat fruit in te doen.
  5. Vind je het te veel gedoe om fruit of kruiden toe te voegen, maar mis je wel een smaakje? Dan kun je ook gaan voor een geurwaterfles: door de kracht van geur smaakt je water naar bijvoorbeeld citroen, terwijl er in werkelijkheid niets aan het water is toegevoegd. Je smaak wordt namelijk voor een groot deel bepaald door je geur; je eten is ook vrij smakeloos als je neus dicht zit bij verkoudheid. Ik heb het zelf niet geprobeerd, maar het lijkt me de moeite waard!

Ik schreef ook een e-book over voeding, misschien vind je dat ook interessant?

Soms zijn de productlinkjes die ik deel affiliate linkjes. Dat betekent dat ik een stukje van de winst krijg als jij via die link iets koopt. Dat kost jou niets. Ik deel nooit producten die ik niet zelf heb of zou kopen.

De drie C’s van veerkracht

“Je bent zo sterk”, hoor ik vaak. Is misschien wel waar, maar ik omschrijf mezelf liever als veerkrachtig. Ik heb de laatste jaren flink wat mentale klappen gehad (evenwichtsstoornis, burn-out, zieke vader, dode vader, buikoperatie, dubbele hernia met operatie), maar ik ben niet omver gewaaid – ik veerde altijd weer terug. 

Buigen, niet breken

Dat mee veren vind ik een mooie metafoor: ik stel me dat zo voor als een sprietje in een veld waar een storm overheen raast. De spriet buigt de ene kant op, met de wind mee. Hij buigt de andere kant op, onder het gewicht van de regendruppels. Maar hij knakt niet. En als de storm is gaan liggen, richt hij zich voorzichtig weer op, in het vertrouwen dat de zon weer gaat schijnen. Buigen, niet breken.

Dansen in de regen

Veerkracht is een eigenschap die van groot belang is als je negatieve stress ervaart. Denk aan traumatische gebeurtenissen of ingrijpende gebeurtenissen, zoals een verlies, maar ook aan kleinere tegenslagen. Hoe je ermee omgaat, bepaalt een deel van de impact: laat je je dag vergallen door regenbui of dans je in de regen?

De drie C’s

Veerkracht bepaalt hoe snel en in hoeverre je herstelt van die stress. Vaak wordt er gesproken van de 3 C’s: control, commitment en challenge.

Control

Heb je weleens gehoord van de cirkel van invloed en de cirkel van betrokkenheid? Als je iets overkomt wat je frustreert, boos of bang maakt, dan kun je jezelf afvragen: in welke cirkel zit ik? Heb ik invloed op hoe dit verder gaat? Kan ik iets doen of ligt dit buiten mijn bereik?

Cirkel van invloed

Is het antwoord ‘ja’, dan zit je in de cirkel van invloed. Je kunt iets doen. Doe dat dan ook, want zo kun je iets doen aan het gefrustreerde of boze gevoel. Denk bijvoorbeeld aan een onveilige verkeerssituatie in je wijk. Je kunt contact opnemen met de gemeente, de buren vragen om de heg te snoeien die het zicht vermindert, een brief inzenden naar de lokale krant et cetera.

Cirkel van betrokkenheid

Is het antwoord ‘nee’, dan zit je in de cirkel van betrokkenheid. Ben je bijvoorbeeld boos dat je werk verandert, omdat het bedrijf waar je werkt digitaliseert? Dat is begrijpelijk, maar het is wel een onomkeerbare beslissing van je werkgever. Je kunt er niets aan doen. Of maak je je heel erg druk om die vriendin die altijd verkeerde mannen aantrekt, ondanks je zoveelste goedbedoelde advies? Je bent heel betrokken, maar het is háár cirkel van invloed en niet het jouwe.

De controle terugpakken

Wat je dan wél kunt doen, is uit de cirkel van betrokkenheid te stappen en te kijken waar je invloed dan wél ligt. Je hebt er tenslotte last van. In het eerste geval kun je een andere baan zoeken bijvoorbeeld. In het tweede geval kun je je grens aangeven aan je vriendin: ze hoeft niet te komen uithuilen als ook deze man weer een notoire vreemdganger blijkt. De situatie verandert niet, maar jij stapt eruit.

Dit heeft allemaal te maken met controle over de situatie en eigenlijk over je eigen leven. Je neemt verantwoordelijkheid over je eigen leven (maar niet over dat van een ander – dat is aan de ander). Als je een hoge mate van controlegevoel hebt, dan voel je dat je iets kunt doen aan wat je overkomt of overkomen is: je zit niet bij de pakken neer, maar maakt er iets van.

Verantwoordelijkheid nemen over je rouw

In rouw is dit een nuttige eigenschap: je kunt niets doen aan de dood van een ander, maar je kunt wel bepalen hoe je ermee omgaat. Dit is bijvoorbeeld heel belangrijk als je hoort dat iemand nog maar kort te leven heeft. Vul je die tijd met boosheid en frustratie daarover (betrokkenheid) of kijk je hoe jullie die tijd nog waardevol kunnen maken (invloed/controle)?

Ik nam de controle terug over mijn leven

(of probeerde dat althans)

  • Ik startte verschillende vormen van therapie om te herstellen van mijn burn-out.
  • Ik verhuisde naar de andere kant van het land om dichterbij familie en vrienden te zijn.
  • Ik zocht een baan dichter bij huis, zodat ik minder hoefde te reizen.
  • Ik nam afstand van mensen die ongezond gedrag triggerden bij mij.
  • Ik schreef twee boekjes voor mijn vader en creëerde een digitaal reisje voor ons bij gebrek aan een echte stedentrip.
  • Ik bedacht dingen als ‘ligfeestjes’ toen ik niet kon zitten en staan, maar wel behoefte had aan gezelschap en gezelligheid.

Commitment

Commitment kun je vertalen als verbinding: mensen die hoog scoren op veerkracht zetten een doel en verbinden zich daar aan. Ze zetten zich vol in om dat doel te bereiken en geven niet zomaar op, ondanks tegenslag. Ze zijn dan ook optimistisch ingesteld.


In rouw helpt het om doelen te hebben. Gezond rouwen betekent namelijk dat je zowel ruimte maakt voor het verlies, maar óók werkt aan het herstel: je pakt het leven weer op. Ik heb het dan niet over doelen als ‘zo snel mogelijk weer aan het werk’ – deze doelen hebben niets te maken met deadlines, scores of andere meetbare dingen. Het gaat om doelen in het leven: waar wil je naartoe? Veel mensen die een groot verlies ervaren, vragen zich af wat de zin van het leven nu eigenlijk is. Het kan helpen om die vraag te onderzoeken. Wat is de zin van het leven voor jou? Die zoektocht naar zingeving zorgt voor een doel: het stichten van een gezin, een wereldreis maken, vrijwilligerswerk doen, een boek schrijven of een carrièreswitch.

Zin in het leven door zingeving

Mijn eigen voorbeeld kennen jullie: ik startte good mourning. Ik creëerde een platform om rouw meer bespreekbaar te maken, schoolde me om en werd rouwbegeleider. Maar ook: ik ging uit loondienst om voor mezelf te beginnen, zodat ik mijn werk meer kan inrichten zoals het bij mij en mijn gezondheid past. En dat doe ik nog steeds: ik heb mijn doel behaald en de zin van het leven terug gevonden (en daarmee ook mijn zin in het leven!).

Challenge

“Vervang de woorden ‘lastig’ en ‘moeilijk’ eens door uitdagend”, zei mijn coach tegen mij. Hij had gelijk: de woorden die je kiest hebben invloed op je gedachten en je gevoel. Deze laatste C gaat daar over: zie je snel beren op de weg of zie je obstakels als een uitdaging?

In rouw is dat soms lastig uitdagend: je ervaart vaak secundair verlies. Hierdoor lijkt het alsof er een soort domino-effect is: niet alleen heb je een dierbare verloren, werkten lukt niet meer en sommige vriendschappen lijden onder de gevolgen van je rouw. Ook dat nog. Je kunt er eigenlijk niets meer bij hebben. De eerste C is hierbij van groot belang: laat je het gebeuren of pak je de controle terug? En als dat niet kan, kun je dat dan accepteren?

I’ve survived too many storms to be bothered by raindrops

Eerlijk, toen alles om me heen leek om te vallen en ik weinig gevoel van controle had, vond ik dit een lastige. (Ja, lastig, niet uitdagend.) Maar de verandering van mindset hielp absoluut: een probleem moet opgelost worden, een uitdaging vraagt om creativiteit en inventiviteit. En dat laatste was wel aan mij besteed. Dus als er nu iets tegen zit (en dat gebeurt nog vaak genoeg), dan laat ik mezelf toe dat even ‘moeilijk’ te vinden (en stom!), maar vervolgens zet ik mijn schouders eronder. Je gaat hiermee uit de slachtofferrol en neemt dus (wederom) controle over je leven. En hoe meer ik heb meegemaakt, hoe minder ik me druk maak om kleine dingen.

Nog een vierde C?

Zoals je ziet, zijn de drie C’s met elkaar verbonden: ze versterken elkaar. Soms wordt er nog een vierde C aan toegevoegd: confidence. Vertrouwen in jezelf, je omgeving en de toekomst is een belangrijk onderdeel van mentale weerbaarheid, die je helpt om je doel te bereiken. Het vertrouwen helpt je om de uitdagingen aan te gaan.

Ook in rouw is dit een belangrijke: vertrouwen in de toekomst is essentieel voor een gezond rouwproces. Vertrouwen in jezelf dat je dit te boven komt is daarvoor een voorwaarde.

You have survived this before. You will survive it again.

‘Help, ik ben niet veerkrachtig!’

Leuk allemaal, veerkrachtig zijn en veerkracht hebben, maar makkelijk is dat niet per se. Zeker niet als je daar geen aanleg voor hebt. Daarom vind ik het belangrijk om deze twee punten te benoemen:

  1. Er is geen goed of fout. Veerkracht is een eigenschap. Fijn als je die hebt, want dat helpt je om weer op te krabbelen na een verlies. Maar als je niet zo veerkrachtig bent, dan is dat niets om je voor te schamen. En het betekent ook niet dat je er niet bovenop komt. Het duurt misschien wat langer of je hebt wat (meer) hulp nodig. Gelukkig zijn daar rouwbegeleiders voor. 🙂
  2. Ik ben in de loop der jaren veerkrachtiger geworden. Als perfectionist en controlefreak kon ik vroeger maar moeilijk loslaten: als iets niet ging zoals ik wilde, was meteen de dag mislukt en baalde ik dagen van een vlekje in een nieuw shirt of een beschadiging aan een muur. (Voor wie me volgt op Instagram: de eerste beschadigingen in de nieuwe aanbouw zijn al gemaakt en nadat ik daar zeer zeker even over baalde, kan ik het ook weer van me laten afglijden: het hoort erbij.)
    Als je wilt, is het dus iets wat je kunt oefenen. Enerzijds gebeurde dat vanzelf (of nou ja, gedwongen) doordat ik zoveel tegenslagen had en toch steeds weer opnieuw opstond. Anderzijds oefende ik bewust met omdenken, positieve psychologie en relativeren.
  3. In mijn begeleiding is er altijd aandacht voor de cirkel van invloed en betrokkenheid, voor zingeving en voor positief denken (zonder toxisch te zijn!). Misschien is het rouwpad traject iets voor jou of past 1 op 1 begeleiding beter bij je? Ik help je graag terug te veren.
foto: Kees Rutten

Palliatieve sedatie: wat is het precies?

Bij palliatieve sedatie wordt vaak gedacht aan euthanasie, maar hoewel er overeenkomsten zijn, zijn er ontzettend grote verschillen. In deze blog zet ik ze voor je op een rijtje.

Wat betekent palliatief?

Laten we beginnen bij het begin: wat is palliatieve sedatie? Daarna gaan we in op het verschil met euthanasie. Palliatief betekent letterlijk: het bestrijden van pijn. Palliatieve zorg wordt gegeven aan mensen die lijden aan een ongeneeslijke ziekte of aandoening. De zorg is erop gericht de pijn of het lijden te verlichten en daarmee de kwaliteit van leven te verhogen waar mogelijk. Deze zorg kan jaren duren.

Wat betekent (palliatieve) sedatie?

Sedatie is letterlijk het verlagen van het bewustzijn. In combinatie met het woord palliatief hebben we het dan over het bestrijden van pijn of ander lijden door het bewustzijn te verlagen, namelijk door iemand in slaap te brengen. Dit gebeurt met medicatie. Palliatieve sedatie kan alleen als een arts verwacht dat je nog maximaal twee weken te leven hebt.*


(*Het toedienen van medicatie om de patiënt tijdelijk in slaap te brengen, noemen we ook palliatieve sedatie. In deze blog richt ik me op de palliatieve sedatie waarin de patiënt in een diepe slaap wordt gebracht waarvan de bedoeling is dat die blijvend en definitief is.)

Verschil met euthanasie

(en andere misvattingen over palliatieve sedatie)

In die laatste zin zit al het eerste verschil met euthanasie: bij euthanasie kies je zelf een moment, ongeacht van de vooruitzichten m.b.t. hoe lang je nog te leven hebt. Daar zit dan ook meteen het tweede grote verschil in: palliatieve sedatie is niet de beëindiging van het leven, maar wel het eindigen van het leven bij bewustzijn. Omdat je toch al binnen afzienbare tijd doodgaat én het leven niet direct beëindigt wordt, is het proces dat bij euthanasie nodig is om te bepalen of de levenseindewens ingewilligd wordt niet nodig bij palliatieve sedatie. Daardoor zijn er ook meer artsen die palliatieve sedatie willen verzorgen.


Kort gezegd: bij euthanasie kies je het moment dat je overlijdt, omdat je uitzichtloos en ondraaglijk lijdt, bij palliatieve sedatie kies je het moment dat je niet meer bij bewustzijn bent, als je al op sterven ligt. (NB: kiezen is een rekbaar begrip; een wilsverklaring is in beide gevallen vaak genoeg, als er geen communicatie meer mogelijk is. Bij palliatieve sedatie kunnen ook de naasten in overleg met de arts de keuze maken.)

Lees hier mijn blog over euthanasie.

Het sterfproces wordt niet versneld

Een andere misvatting is dat palliatieve sedatie een manier is om het sterven te versnellen. Dat is in principe niet zo: soms overlijdt iemand binnen een paar uur en soms pas na twee weken. Het natuurlijke proces wordt niet versneld. Wellicht dat iemand sneller verzwakt, omdat er geen vocht of voeding wordt toegediend, maar er zijn ook geluiden dat juist het wél geven van eten of drinken het proces kan versnellen. Het overlijden is dus natuurlijk.

Palliatieve sedatie kan ook bij andere klachten dan pijn

Ondanks dat ik net uitlegde dat palliatief betekent dat de pijn verlicht wordt, kun je dat breder zien: het gaat om allerlei vormen van lijden. Onrust, benauwdheid of angst (denk bijvoorbeeld aan een verwarde situatie, zoals een delier door de ziekte of door andere medicatie) vallen daar ook onder. Alle klachten die niet meer op een andere manier verminderd kunnen worden, zijn aanleiding voor palliatieve sedatie. Dat betekent dat er vaak al zware medicatie of andere behandelingen zijn geweest (of nog zijn).

En dan?

Tja, dan is het bot gezegd ‘afwachten’. In de tussentijd wordt er vaak gewaakt door familie of andere naasten, maar is er ook zorg. Verblijft iemand in een hospice of ziekenhuis, dan is daar natuurlijk altijd zorg aanwezig, maar als iemand thuis is komt de thuiszorg regelmatig langs en vaak ook de huisarts. Vertoont de patiënt tekenen van onrust of pijn of dreigt die alsnog wakker te worden, dan wordt de medicatie (via een infuus) verhoogd. Daar zijn regels voor, waardoor iemand nooit te veel medicatie kan krijgen.

Wat te verwachten?

Zoals gezegd kan een patiënt nog tekenen van leven vertonen: hij/zij/die is immers nog niet dood. Zo kan iemand nog snurken of bewegen, zoals diegene ook in een gewone slaap zou doen. Ook kunnen er nog fronsen te zien zijn. Ook zijn er andere dingen goed om te weten:

  • Er wordt een katheter in de blaas geplaatst, zodat de overgebleven urine in een zakje terecht komt. Andere ontlasting verlaat het lichaam in principe pas na het overlijden.
  • Het doel is om iemand zo comfortabel mogelijk te laten zijn. Enerzijds zou je dan denken aan het wassen van iemand, iemand regelmatig omdraaien of het bevochtigen van uitgedroogde lippen. Anderzijds kun je iemand soms juist beter zoveel mogelijk met rust laten. Hiervoor kun je advies vragen aan de zorgverleners.
  • Ze zeggen dat iemand die in diepe slaap is soms nog wel kan horen wat er gebeurt, vanuit het onderbewuste. Voor de zekerheid kun je dus beter geen vragen stellen (dat kan voor onrust zorgen), geen zware dingen bespreken of ruzie maken (dat zou ik sowieso afraden!). Overleg hierover met de zorgverleners als je twijfelt.
  • Het kan enige tijd duren voor iemand overlijdt. Aanwijzingen zijn een verlaagde lichaamstemperatuur of verkleuringen op het lichaam. Hier zal ik nog eens een blog over schrijven. Bijna de helft van de patiënten overlijdt na 24 uur tot een week. Een even groot deel overlijdt al binnen een dag. Maar een heel klein percentage overlijdt na langer dan een week. Toch is het goed om daar rekening mee te houden als je zorg verleent of waakt: een week is lang, dus zorg dat je voldoende slaapt, beweegt, eet etc.

Euthanasie: een zelfgekozen dood?

Niet alleen is een euthanasie nog een taboe, ook bestaan er veel misverstanden over. Of eigenlijk: er is nog veel onwetendheid. Maar na deze blog weet jij precies wat euthanasie inhoudt en hoe het werkt. (En ook hoe ik erover denk.)

Wat is euthanasie precies?

Voor veel mensen staat euthanasie gelijk aan zelfdoding, maar het ligt een stuk genuanceerder. Volgens de Van Dale betekent het: het op hun eigen verzoek beëindigen van het leven van patiënten die ondraaglijk en uitzichtloos lijden. De wet die euthanasie mogelijk maakt heeft ook een genuanceerdere naam: Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (Wtl). Die naam laat zien dat het gaat om twee verschillende dingen. Die licht ik eerst even toe.

Levensbeëindiging op verzoek versus hulp bij zelfdoding

Hoewel in beide gevallen er sprake is van hulp bij het sterven, is er toch een verschil tussen beide vormen: bij euthanasie dient een arts de patiënt een dodelijk middel toe. Bij hulp bij zelfdoding neemt de patiënt het dodelijke middel – overigens eveneens van een arts gekregen – zelf in. Die laatste wordt in de volksmond ook euthanasie genoemd.

Het verschil is belangrijk te benoemen. Verder is vrijwel alles hetzelfde. Zo is euthanasie altijd strafbaar, tenzij er aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. Ik licht ze uit.

1. De euthanasie wordt uitgevoerd door een bevoegd arts

Of eigenlijk: bevoegde artsen. Je moet namelijk meerdere artsen spreken (minimaal twee). De eerste arts consulteert een tweede arts. Dat is een onafhankelijke arts of medisch specialist en die moet de patiënt ook zien en spreken. Die consulent beoordeelt of de arts zich aan de zes zorgvuldigheidseisen heeft gehouden. Die onafhankelijke arts noemen we een SCEN-arts (Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland). Eén van de genoemde zorgvuldigheidseisen houdt in dat de behandelend arts ten minste één andere onafhankelijke arts moet raadplegen (dus die is vast afgevinkt!). SCEN-artsen hebben ook een rol als het gaat om het verlenen van steun aan artsen.

Belangrijk te melden is dat artsen niet verplicht zijn om mee te werken aan euthanasie, vanwege geloofsovertuigingen bijvoorbeeld. Het staat een patiënt vrij om een arts te zoeken die de euthanasie wel wil uitvoeren.

2. De arts weet zeker dat dit is wat de patiënt wil

De patiënt doet het verzoek uit vrije wil én heeft er goed over nagedacht. Niet voor niets zijn er dus meerdere artsen betrokken. De arts moet er van overtuigd zijn dat de patiënt zeker is van zijn/haar/diens zaak en dat het dus vrijwillig is.

Dat betekent dat de patiënt er zelf om moet (kunnen) vragen. Dat kan schriftelijk of mondeling. Het mag dus niet gedaan worden door een partner, familie of vrienden. Ook betekent het dat de patiënt nog aanspreekbaar moet zijn: kan de arts niet communiceren met de patiënt, dan is de kans nihil dat de euthanasie wordt uitgevoerd. Je kunt hierbij denken aan iemand die in coma ligt, maar ook aan iemand die door zware medicatie of door de ziekte niet meer helder kan communiceren. De arts kan dan niet met zekerheid zeggen dat de keuze (nog steeds) vrijwillig en/of weloverwogen is. (Niet meer kunnen praten betekent overigens niet dat je niet meer kunt communiceren: een euthanasiewens opschrijven in een wilsverklaring is heldere communicatie.)

Ook moet de arts de patiënt informatie geven over de gezondheidssituatie. Hoe ziet de toekomst eruit? Heeft de patiënt genoeg informatie om de keuze weloverwogen te maken. Begrijpt de patiënt de situatie goed en ook welke keuze hij/zij/die maakt?

Belangrijke toevoeging is dat in het geval van een euthanasieverzoek bij kinderen tussen de 12 en 16 jaar er akkoord is van de ouders en bij kinderen tussen 16 en 18 jaar betrokkenheid van de ouders.

3. Het lijden is ondraaglijk en uitzichtloos

Daarnaast moet de arts de overtuiging hebben dat het lijden uitzichtloos en ondraaglijk is. Bepalend daarbij is de vraag of een patiënt nog kan genezen (indien dat het geval is, is er dus geen sprake van uitzichtloosheid) en de mogelijkheid om het lijden van de patiënt te verzachten.

Bovenstaande betekent dat voor euthanasie de conclusie moet zijn dat er geen behoorlijke oplossing is voor de patiënt (behalve een vrijwillig levenseinde). Belangrijk hierbij is te vermelden dat de behandelingen besproken worden zodat de patiënt weet welke opties hij/zij/die heeft én zodat de arts een gedegen conclusie kan trekken, maar dat de patiënt niet gedwongen wordt deze behandelingen te ondergaan.

Wanneer is er sprake van ondraaglijk en uitzichtloos lijden?

Of iemand ongeneeslijk ziek is, is vaak wel duidelijk vast te stellen – uitzonderingen daar gelaten. Maar of er nog mogelijkheden zijn om het lijden te verzachten, die vraag is een stuk lastiger. Hoe bepaal je waar de grens ligt? Hoever wil je gaan? Wanneer is de pijn of zwaarte ondraaglijk genoeg? En is een behandeling een verlichting of maakt die het lijden juist zwaarder? Dit is natuurlijk behoorlijk subjectief.

Ondanks dat er dus best een groot grijs gebied is, zijn er wel kaders om te kunnen bepalen wanneer er sprake is van ondraaglijk en uitzichtloos lijden. Zo moet er sprake zijn van een ongeneeslijke ziekte of aandoening waarbij het lijden niet verzacht kan worden. Je kunt dan denken aan kanker, dementie, een psychiatrische aandoening of een hart- of vaatziekte. Is er geen medische oorzaak voor het lijden, dan kan er geen euthanasie worden toegepast.

Voltooid leven is niet genoeg

Vaak wordt gedacht dat er ook sprake moet zijn van een aanstaande dood, maar dat is niet het geval.* Het is wel zo dat veel mensen die ondraaglijk en ongeneeslijk lijden op (korte) termijn dood zullen gaan. Je kunt hierbij denken aan sterk uitgezaaide kanker, maar ook aan een dodelijke ziekte als ALS. Voor die mensen is euthanasie vaak een optie. Dat is ook steeds minder een taboe in ons land, want ‘de natuur wordt een handje geholpen’.


Maar er zijn ook mensen die mentaal (en/of fysiek) zo extreem lijden onder het leven dat het voor hen uitzichtloos is, dat zij niet zien hoe ze verder kunnen leven. Een natuurlijke dood is niet in het vooruitzicht, maar de wens om te sterven is er wel; de ziekte drukt dusdanig zwaar op ze dat ze niet verder willen of kunnen. Dit is een voorbeeld van dat grijze gebied: is het lijden ondraaglijk en uitzichtloos genoeg? Mag iemand zelf bepalen wanneer er sprake is van ‘voltooid leven’ (antwoord van de politiek: nee)? Op dit soort vraagstukken heerst vaak nog een taboe. Hier is de laatste tijd steeds meer aandacht voor (en discussie over) in de media en de politiek.

4. De euthanasie moet volgens de richtlijnen uitgevoerd worden

Ten slotte moet de euthanasie zelf op een specifieke manier uitgevoerd worden. Ook hier zijn weer richtlijnen voor. Deze richtlijnen gaan over de middelen die gebruikt worden, de voorbereiding, maar ook wat er gebeurt na het overlijden.

Een goede dood

Euthanasie betekent vrij vertaald: de goede dood, de milde dood of de genadedood. εὖ (eu) = goede en θάνατος (thanatos) = dood in het oudgrieks. Ik vind dat een mooie vertaling. Ondanks dat het woord dus letterlijk zegt ‘goede dood’, is het nog steeds een taboe in een groot deel van de wereld en zelfs in ons land. Dat heeft vaak te maken met religie of met de overtuiging dat je de natuur z’n gang moet laten gaan. Daar kom ik zo op terug.

Een zelfgekozen dood?

Euthanasie wordt vaak een zelf gekozen dood genoemd, maar dat vind ik te kort door de bocht, want:

  1. in veel gevallen gaat het niet om kiezen voor de dood, maar kiezen voor het moment van de dood (die dood zat er toch al aan te komen)
  2. in andere gevallen kiezen mensen ervoor het leven te beëindigen. Dat komt in de praktijk uit op de dood, maar dat is niet per se dezelfde keuze. Zij kiezen bewust voor levensbeëindiging door een arts in plaats van zelfdoding. Daar kunnen verschillende redenen voor zijn, zoals het effect op de nabestaanden of de keuze voor een legale manier van sterven (zelfdoding is nog steeds strafbaar, hoe gek dat ook klinkt). Een andere belangrijke reden is erkenning voor het lijden en op een waardige manier mogen sterven.

Een beter benaming dan ‘zelf kiezen’ is ‘zelf beschikken’. (En die zelfbeschikking is dus relatief, want er zijn nog steeds minstens twee medische deskundigen die akkoord geven op jouw beslissing om dood te gaan**.) Het gaat over zelf kunnen beslissen over het lijden en de dood.

Ik geloof dat onderschat wordt hoe belangrijk het is voor mensen die ziek zijn om de regie over hun eigen leven niet te kunnen hebben. Ze hebben al geen regie over hun ziekte of aandoening en dus ook niet over een groot deel van hun leven; laat ze het dan wel hebben over de dood. Bovendien: er zouden veel zelfdodingen mee voorkomen kunnen worden en dat bespaart de persoon zelf én diens omgeving een hoop ellende.

Wat mij betreft klopt de betekenis van het woord: met recht een milde en goede dood. Een waardige dood.

*We hebben het hier nog niet gehad over palliatieve sedatie, terwijl dat veel overeenkomsten heeft en vaak verward wordt met euthanasie. Maar dat verdient een eigen blog.

**Ik begrijp dat volkomen en vind het ook goed dat er strenge regels zijn, want wanneer is er anders sprake van hulp bij zelfdoding, gedwongen zelfdoding of zelfs moord? Het is een complexe discussie die wel gevoerd moet worden, waarbij alle betrokkenen gehoord worden.

Myrthe Geerts is rouw- en stervensbegeleider. Met good mourning coacht zij mensen die te maken hebben met een verlies en maakt zij rouw en verlies bespreekbaar.